Kleien
Veel kinderen vinden het leuk om te kleien. Wat het moest worden ? Dat was niet omschreven. Ouders waren gewoon blij met de zoveelste asbak. Ik was geen geweldige kleier, vond het ook gewoon vies. Ik had als kind een beetje smetvrees dus ik drukte mijn snorretje als het op kleien aankwam.
Op mijn 16e kwamen mijn ouders terug van de plaatselijke bra derie (braderie is een berg winkeldochters van de plaatselijke middenstand die ze met grote korting en schreeuwerige borden aan de man proberen te brengen) en hadden daar een verre collega van mijn vader ontmoet, die op de braderie stond als 'oud ambachtsman' ( ook typisch voor de braderie: klompenmakers, spinners, kantklossers en pottenbakkers vertonen hun kunsten en verkopen niks). Ze hadden afgesproken dat ik mijn creatieve kant maar eens moest tonen op de wekelijkse pottenbakg en macrameavond op de vliegbasis woensdrecht. Ja, de basis waar rond die tijd kruisraketten zouden worden gestald. Maar ik werd zonder risico gezien en kreeg toestemming de basis te betreden en mij aan het edele pottenbakken over te geven.
Ik leerde veel, de collega had een bevlogenheid waar je u tegen zegt en wist mij te inspireren een glazuurcursus te volgen en mij te verdiepen in het boetseren van grote vazen en draaien van klein werk. Kortom, ik raakte mijn smetvrees kwijt en toen de man met pensioen ging nam ik de leiding van de klei club over. Ik had mij ook aan het macrameen gezet en deed die groep er gewoon bij. Leuk, leuk. Zo leuk dat ik als 18-jarige mijn eigen pottenbakkerij begon. Tijden veranderen en het pottenbakken raakte uit de mode en ik bouwde de winkel om tot dorpswinkel, een winkel van Sinkel.
Tilly en haar wer
Nu, jaren later komt het keramiek weer op mijn pad, en ga ik weer met de poten in de klei. Dankzij keramisten Tilly Hijster en beeldhouwer Frank Heijnen zit ik donderdag weer aan de klei! Een balletje kan raar rollen.
Reacties